In de 15e eeuw schreef een onbekende auteur een bizar, geïllustreerd handschrift in een tot dusver onbekende taal. Omdat het manuscript in 1912 in handen kwam van de Pools-Amerikaanse boekhandelaar Wilfrid M. Voynich, wordt dit het Voynichmanuscript genoemd. Het schrift werd al door talloze mensen bestudeerd, maar tot op vandaag kan niemand een sluitend antwoord geven op de vraag in welke taal het manuscript is opgesteld.
UPDATE 16-05-2019: Het manuscript zou ontcijferd zijn. Meer informatie. Al wordt dat meteen ook weer tegengesproken.

Een onderdeel van het manuscript.
Wat weten we zeker? Het manuscript, dat opgesloten is in een kluis van de Amerikaanse universiteit van Yale, bestaat uit zes hoofdstukken (planten, astronomie, biologie, kosmologie, farmaceutica, recepten) die we kunnen identificeren aan de hand van de illustraties. De tekst is van links naar rechts geschreven en bevat 35.000 woorden die niet langer zijn dan tien letters en zelden uit een of twee letters bestaan. In totaal zijn er twintig tot dertig verschillende letters. Volgens een C14-datering komt het uit de 15e eeuw en op basis van de kleren en kapsels in de illustraties is het Europees van oorsprong.
De theorieën zijn bijzonder talrijk maar nooit grondig gestaafd. Zo zou het geschreven zijn in het vroeg-Welsh, Oud-Cornish, gecodeerd Hebreeuws (dat het einde der tijden aankondigt), de indianentaal Nahuatl, een kunstmatige taal, Chinees, oud-Latijn, oud-Nederlands, oud-Spaans en nog een pak andere talen. De vermaarde oplichter Erich Von Däniken beweerde geheel in lijn met zijn dolkomische ideeën dat het schrift duizenden jaren oud is en te maken heeft met de Enoch, een oud volk waarvan hij beweert dat ze door aliens werden bezocht.
Andere theorieën stellen dat het niet om een natuurlijke taal gaat maar wel om code, geheimschrift of zelfs steganografie. Ten slotte wordt ook wel gezegd dat het allemaal een grote kolossale grap is en dat er eigenlijk helemaal niets in het manuscript staat. En mocht het manuscript toch echt zijn, dan gaat het om een auteur met een geestesziekte of met waanideeën. Maar dat het een grap zou zijn, stoot op veel verzet. Daarvoor is het manuscript te uitgebreid en te gedetailleerd, zeker voor die tijd.

De letters die in het manuscript worden gebruikt.
Het manuscript bevat ook enkele woorden die we wel begrijpen, omdat ze met Latijnse letters zijn geschreven. Dit zijn onder andere de naam Jacob à Tepenece, niet de auteur maar iemand die het manuscript ooit in zijn bezit had; enkele woorden in het Hoogduits; de namen van tien van de maanden die lijken te verwijzen naar middeleeuwse talen in Frankrijk en Noord-Italie of het Iberisch schiereiland; nog wat later toegevoegd Latijnse woorden. Maar niets van dit alles helpt bij de echte ontcijfering van de tekst.
Tegenwoordig zijn er nauwelijks nog wetenschappers die zich bezighouden met het manuscript. Dat wel doen, wordt als academische zelfmoord beschouwd.
De nieuwste en meestbelovende theorie is dat het document uit de Nieuwe Wereld afkomstig is. Maar liefst 37 planten, zes diersoorten en één mineraal in het boek werden positief geïdentificeerd als afkomstig uit Mexico. Een aantal planten zouden worden vermeld met woorden uit het klassieke Nahuatl, Spaans, Taino en Mixteeks. Maar het grootste deel zou zijn geschreven in een uitgestorven dialect. Maar of dit de juiste piste is, weten we mogelijk nooit.
Wil jij een poging wagen? Je kunt het hele manuscript online vinden. Ook een paperbackversie is beschikbaar. Wie het raadsel oplost, valt eeuwige roem ten deel. Maar opgelet, de curator van het boek waarschuwt dat je er waanzinnig kunt van worden, want het manuscript heeft de afgelopen eeuwen enkele van de slimste mensen op aarde tot wanhoop gedreven. Je bent dus gewaarschuwd.
Dit lijkt mij iets van een paar eeuwen vroeger tijdens het leven van keizer Frederik II. Hij kende Arabisch en Hebreeuws en de tekeningen lijken overeen te komen met de waterreservoirs voor zijn badcultuur in het Italiaans kasteel Castel del Monte.
LikeLike