
De Alþingi, het parlement van IJsland
Heel wat aandacht voor IJsland in de media dit weekend door de parlementsverkiezingen die op een kleine aardverschuiving lijken uit te draaien met een niet zo eenvoudige coalitievorming tot gevolg.
De meeste aandacht gaat naar de Piratenpartij, een anti-establishmentpartij die meteen de derde grootste partij van het land wordt, tot grote tevredenheid van voorzitster Birgitta Jonsdottir.
‘Jonsdottir’ ofwel ‘dochter van Jon’. Want in IJsland kent men geen familienaam, zoals wij. De achternaam wordt gevormd door de voornaam van de vader gevolgd door het achtervoegsel son of dottir, afhankelijk van de vraag of je een jongen of een meisje bent. Zo kan het gebeuren dat er in een gezin van vier personen vier verschillende achternamen zijn.
Als de vader onbekend is of kort na de geboorte van zoon of dochter is overleden, dan wordt de naam van de moeder gebruikt. Maar sinds kort mag dat ook in andere gevallen.
Om die reden kan de achternaam niet los van de voornaam worden gezien. Mensen spreken elkaar dus altijd bij de voornaam aan, ook bij heel formele gelegenheden. Daarbij gebruiken ze ook de informele vorm þú (jij). De enige uitzondering hierop is de aanspreking van een opperwezen en bij het ontmoeten van de president. Die wordt met þér (u) aangesproken.
De naam Björk van de bekende zangeres is dus niet haar familienaam maar wel haar voornaam.
Het is dus het makkelijkst om iemand te vinden aan de hand van de voornaam, en dat is precies de reden waarom telefoonboeken op de voornaam zijn geordend:
Soms wordt een familienaam overigens wel gebruikt. Zo is voetballer Eidur Gudjohnsen de zoon van de al even bekende voetballer Arnór Gudjohnsen.